Eén sterke speler in Badhoevedorp
Het zal voor de voetballiefhebbers in de regio nog wel even wennen zijn. Met ingang van dit seizoen kent Badhoevedorp slechts één voetbalclub. Pancratius en SC Badhoevedorp, twee clubs met een lange en rijke historie, vormen nu samen onder de naam SCPB’22 een sterk front. In de verte gloort een prachtig nieuw sportcomplex dat de kersverse fusieclub in de zomer van 2025 hoopt te betrekken. Volgens bestuursleden Harry den Arend, Werner Leermakers en Erwin Evers was de tijd meer dan rijp voor een fusie en ziet de toekomst er voor het voetbal niet alleen in Badhoevedorp, maar voor de hele Haarlemmermeer er zo zonnig uit.
Samen sterk
Door het samengaan van beide clubs is een voetbalbolwerk ontstaan van ongeveer 1600 leden en de verwachting is dat daar door de geplande nieuwbouw in Badhoevedorp nog flinke rek in zit. Bang dat SC Badhoevedorp wordt opgeslokt door de veel grotere broer Pancratius is Evers niet. ’Bij de samenstelling van het bestuur van SCPB’22 hebben we de keuze gemaakt om de portefeuilles evenredig te verdelen en ook in de clubnaam en de gekozen clubkleuren hebben we aspecten van beide verenigingen overgenomen.’ Den Arend noemt de fusie een uitgelezen kans om als club een stuk meer body te krijgen. ‘Je hoeft nu op het nieuwe complex slechts één clubhuis te bouwen en dat geldt ook voor een aantal andere uitgaven.’ Ook de honk- en softbalafdeling krijgt bij SCPB’22 zijn plaats. ‘Ik heb geen verstand van deze sport, maar kijk hier heel positief naar. Net als de voetballers krijgen deze leden hun eigen tafel in de kantine.’ De geplande nieuwbouw is een belangrijke drijfveer geweest om de fusie nu door te zetten, maar het is zeker niet de enige reden. Ook op terreinen als duurzaamheid, vrijwilligerstaken, maar zeker ook sportief biedt de fusie kansen. Op dat laatste gebied werd afgelopen seizoen al een stap gezet door een aantal jeugdteams gemixt in competitieverband te laten spelen. Het nieuwe beleidsplan van SCPB’22 moet komende maanden gestalte krijgen en vervolgens voorgelegd worden aan de leden. Een tipje van de sluier wil Den Arend wel oplichten. ‘We moeten goed nadenken over ons vrijwilligersbeleid. Bij een vereniging van de omvang die we nu hebben is dat bijna niet meer te doen met alleen vrijwilligerskrachten. Je zou bijvoorbeeld kunnen denken aan een uitbater van de kantine op het moment dat we het nieuwe complex betrekken.’
Draagvlak
De fusie wordt breed gedragen en Leermakers, Den Arend en Evers voelen duidelijk ook nieuwe energie op de club bij de leden die juist nu bepaalde taken willen oppakken. Zo werd in een mum van tijd een Raad van Toezicht geformeerd als toezichthoudend orgaan voor de vereniging. Leden die nog even de kat uit de boom kijken en zich zelfs kritisch opstellen zijn er uiteraard ook en zeker niet alleen bij de oude garde. Leermakers ziet het als uitdaging om ook deze mensen komende periode te overtuigen. ‘Als over een jaar ook deze leden de gedachte hebben dat een fusie het beste is wat de club is overkomen, zou dat mooi zijn en een beloning voor het werk wat hier allemaal is verricht.’ Den Arend en Evers hopen tegen die tijd ook meer duidelijkheid te hebben of het grote doel: het nieuwe sportcomplex in 2025 dichterbij is is gekomen.
Dit artikel zullen we ook publiceren in de komende editie van 433 Magazine die binnenkort verschijnt.
