Khalid Boulahrouz
Opvreten
Kan dat allemaal tegelijk: heel veel plezier aan voetbal beleven maar meteen kiezelhard zijn in je manier van verdedigen? Wie in gesprek gaat met Khalid Boulahrouz moet die vraag met ‘ja’ beantwoorden. Want hoewel hij ‘der Kannibal’ als bijnaam heeft (zeer tegen zijn zin, overigens) past een omschrijving als ‘hard van buiten, zacht van binnen’ ook prima bij hem.
Waarom zo’n snoepjesachtige omschrijving? Omdat hij in de bestuurskamer van ‘zijn’ oude DSOV zichzelf net heeft omschreven als een agressieve verdediger met functionele techniek die zijn tegenstander het liefst opvreet. Maar als hij even later het kunstgrasveld op loopt en daar tussen de trainende jeugd staat, is hem niets te dol. Beter nog: iedereen mag hem even proberen te dollen.
En wat valt meteen op: Khalid geniet. Van alles. Van de kunstgrasmat, van de aanraking van de bal, van de concentratie. Maar waar hij nog het meest van geniet is het plezier van de jongens tegenover hem en die verbaasde blik in hun ogen van: Khalid Boulahrouz dollen? Ik? Ja dus. En natuurlijk gaat de verdediger met ze op de foto.
Drang
Plezier – het is de rode draad door het voetballeven van de man die in 1981 is geboren in Maassluis en die in zijn tiende levensjaar naar Vijfhuizen kwam en vervolgens naar DSOV.
Hier begon het allemaal, haalt hij herinneringen op met Ton van der Aar. Van der Aar is de huidige voorzitter van DSOV en heeft er mede voor gezorgd dat we hier even rustig kunnen zitten, met uitzicht op het hoofdveld. We zien hoe spelertjes voorbij lopen, even naar binnen kijken en dan nog een keer achterom kijken. ‘Maar dat is toch … ‘ zie je ze denken. Khalid beantwoordt de vragende blik met een opgestoken hand. Een goed moment om te vragen waarom hij eigenlijk is gaan voetballen.
Ik moest en zou voetballen
‘Dat moest ik wel. Dat zat er al in vanaf mijn geboorte. Ik kon niet anders dan voetballen. Ik was altijd met een bal bezig. Op straat bijvoorbeeld, ook tegen jongens die ouder waren. Dat maakte mij helemaal niet uit. Ik moest en zou voetballen. Daarom wilde ik ook zo graag naar een voetbalclub.’ Dat kon heel makkelijk Excelsior Maassluis worden, want die zat om de hoek. Maar in plaats dat zijn vader hem stimuleerde, hield hij hem eerder tegen. ‘Later ben ik gaan begrijpen waarom. We hadden wel een gezin met 9 kinderen en ik was één van de jongsten. Moet je eens voorstellen wat dat kost, allemaal sporten.’ Vervolgens: ‘Let wel – we hadden het goed thuis. We kwamen niets tekort. Maar ook nog lid worden van een vereniging? Dat ging niet zomaar.’
Uiteindelijk kwam het er wel van, op zijn 5e en – hoe kan het anders – bij Excelsior Maassluis.
Gedreven
De thuisclub heeft echter maar een paar jaar van zijn sportieve kwaliteiten kunnen genieten, want het gezin verhuisde in 1990 naar Vijfhuizen. Een plaats waar Khalid nog nooit van gehoord had. Hij wist echt niet waar het lag, laat staan dat hij wist wat er allemaal te doen was. Een vriendje moest hem wijzen op de mogelijkheid van DSOV. Khalid zal dat moment ‘van die eerste wedstrijd’ nooit meer vergeten.
‘Ik weet het nog precies. Bij de E-tjes tegen Hoofddorp. Allemaal grote jongens, maar dat was ik wel gewend door dat straatvoetbal. We wonnen met 5-0 en ik scoorde 5 keer.’ Hij kan zich nog precies herinneren wat er tijdens die wedstrijd door hem heen ging. ‘Ik was zo met die bal bezig. Het maakte mij helemaal niet uit dat die jongens bijna een kop groter waren. Ik was alleen maar met het spel bezig. Gedreven om te dribbelen, om te scoren.’
Zijn scorend vermogen en zijn gedrevenheid bleven niet onopgemerkt. Ook buiten Vijfhuizen raakte hij steeds beter bekend. Op het veld zelf ‘zakte’ hij een plaatsje, van voorhoede naar middenveld. Niet veel later ging hij naar de achterhoede. ‘Mijn kracht bleek toch meer te liggen in het verdedigen.’
Hij moet gewoon niet aan voetballen toekomen
En omdat hij aanvaller was geweest, weet hij precies hoe zijn tegenstander denkt. Hij doet daar graag zijn voordeel mee. Maar voordat hij het veld oploopt, heeft hij zich de dagen daarvoor ook al stevig voorbereid. ‘Ik kijk wie mijn tegenstander wordt en kijk dan hoe hij passeert. Gebruikt hij vooral zijn snelheid of zijn techniek? Aan welke kant wil hij het liefst passeren? Ik speel die film steeds af in mijn hoofd en in de wedstrijd zelf is het dan geen jij of ik, maar alleen ik. Hij moet gewoon niet aan voetballen toe komen. Weet je – als hij gewisseld wordt, is mijn missie geslaagd. Dan komt er gewoon een nieuwe tegenstander die we op het veld geen prettige middag (of avond) gaan bezorgen.’
Hij doet dat laatste zo goed dat clubs voor hem in de rij gaan staan. Na jaren van voetballen staat er een imposant rijtje achter zijn naam zoals Ajax, AZ, Hamburger SV, Chelsea en VFB Stuttgart. En niet te vergeten het Nederlands Elftal onder leiding van Marco van Basten.
Bijnaam
Maar het levert hem ook een bijnaam op waar hij maar moeilijk vanaf kan komen. Ook al wil hij dat heel graag. Het komt uit een moment waarop het allemaal heel hectisch is. Net geselecteerd voor Oranje en meteen een contract bij HSV in Duitsland. Zijn reputatie als keiharde verdediger is daar dan al bekend.
‘Ik had net getekend bij HSV en dan zit je met journalisten aan tafel die van alles vragen. Ook wat voor soort speler je eigenlijk bent. Dus ik probeer in mijn beste Duits en een beetje Engels uit te leggen hoe ik daar over denk. En ineens kom ik op dat zinnetje dat vrienden wel eens tegen mij zeiden. Vreet hem op. De volgende dag sla ik een Duitse krant open. Met koeienletters “der Kannibal” komt naar HSV. Daar zit je dan de eerste dag bij Oranje.’
De eerste maanden laat hij het over zich heen gaan dat hij constant met die bijnaam in de krant staat. Maar na een tijdje gaat het er steeds meer van balen. ‘Ik heet Khalid Boulahrouz’, houdt hij hen voor. Het journaille reageert nauwelijks: ‘Maar zo speel je toch?’ Niet veel later wordt hij zelfs ‘der Bouldozer’ genoemd. ‘Dan denk je – laat ook maar zitten.’ Maar leuk vinden, is anders. ‘Ik ben wel de zoon van mijn vader en moeder die Boulahrouz heten. Dat is dus ook mijn naam. Ik wil die in ere houden. Voor mijn ouders, want ik ben blij voor ze dat ik geslaagd ben. Het voetbal heeft mij heel veel gegeven.’
Rijk
Dan heeft hij het niet over geld (al was dat wel een prettige bijkomstigheid), maar over alles wat hij tot nu toe heeft meegemaakt. De status van een profvoetballer. Hoe je behandeld wordt. De contacten met andere mensen. De culturen en talen. ‘Voetbal heeft mij als mens completer gemaakt. Je ziet en hoort zoveel andere werelden – ik voel mij echt bevoorrecht. Ik heb ook geleerd met een open mind de wereld tegemoet te treden.’
Dat hij door het voetbal een bekende Nederlander is geworden, is overigens niet altijd leuk. Zeker niet met al die mobieltjes en ‘selfies’. ‘Over het algemeen vind ik het niet lastig dat mensen een handtekening vragen of dat we samen op de foto gaan. Zeker als ze het netjes vragen. Maar er zijn grenzen. Als ik privé uit ben, dan wil ik ook privé uit zijn.’
Hij herinnert zich nog een mooi voorval in Hong Kong. Daar mag je toch wel enige anonimiteit verwachten. Maar zelfs daar, in de metro, werd hij door iemand uit Afrika herkend. ‘Jij bent toch ….? Het hoort er bij.’
En wat als hij niet meer herkend wordt? ‘Helemaal niet erg. Ik ben niet gaan voetballen om bekend te worden. Ik ben gaan voetballen omdat ik niet anders kon. Het gaat mij puur om het spelletjes. Ik kan niet anders. Al ligt er sneeuw en is het -3. Ik moet iets met een bal doen.’
Belangstelling
Des te beter dus dat er belangstelling voor hem is, want op dit moment is hij niet verbonden aan een club. Omdat het nog zo prematuur is, kan en mag hij er niets over zeggen. Behalve dan dat het buiten Europa is en dat er een eerste kennismaking is geweest. Dat buiten Europa is een bewuste keus. ‘Ik heb al heel veel mogen bereiken. Veel Europese competities meegemaakt en in prachtige stadions gespeeld. Ik wil nog één keer een mooie uitdaging.’ Na enig doorvragen noemt hij drie opties waar die gezocht wordt: Amerika, China of de Arabische Emiraten.
Of hij daarna terugkeert naar DSOV waar het allemaal toch wel begon – hij weet het niet. Het idee spreekt hem wel aan, want hij heeft altijd een goed gevoel over gehouden aan de periode bij DSOV.
‘Ik wil wel iets doen met mijn kennis en ervaring. Ik wil jongeren graag helpen. Maar ja, als je daarvoor kiest, dan moet je ook voorbereiden, alles klaar zetten, uitvoeren, opruimen en analyseren. Ik weet niet of ik daar al aan toe ben en of ik daar ook plezier aan beleef. Want het moet wel plezier opleveren.’
Tot slot leggen we Khalid een paar vragen voor waar hij kort op moet reageren.
Leukste voetballand?
Na enig nadenken kiest hij voor Duitsland. Vooral vanwege het gedisciplineerde. ‘Daar word je in getraind en het lijkt erg legerachtig. Maar het geeft wel structuur en overzicht. Daar kun je altijd op terugvallen, ook als het een keertje minder gaat’
Spanje komt op de tweede plaats, want dat is genieten. Rustig aan doen, morgen is er weer een dag – die instelling. ‘Dat heeft iets prettigs, maar soms zit je er niet op te wachten. Ik ging in Spanje voetballen en wilde meteen Spaans leren. Dat werd ook toegezegd, maar de eerste les kreeg ik pas vijf maanden nadat ik had getekend.’
Mooiste stadion?
‘Ik heb in zoveel stadions gespeeld, dat wordt echt moeilijk kiezen. Maar als ik dan toch moet kiezen, dan het stadion van HSV. Ik kwam net van RKC Waalwijk en dan loop je voor het eerst dat stadion in. Ik wist niet wat mij overkwam. Dat was echt een wauw moment.’
Wat wil hij meegeven?
‘Het allerbelangrijkste is dat je plezier hebt. Dat houd je overeind. Ga zoveel mogelijk op straat voetballen. Luister naar je ouders. En niet roken en niet drinken.’
Kan hij eigenlijk wel van een aanvaller genieten?
‘Zolang hij in mijn team speelt.’
In het kort
Voetbalcarrière
1990-1995 DSOV
1995-1996 Ajax
1996-1997 Haarlem
1997-2001 AZ (jaar)
2001-2004 RKC Waalwijk, profdebuut op 9-3-2002
2004-2005 Hamburger SV
2006-2008 4-jarig contract bij Chelsea
2007-2008 verhuurd aan Sevilla
2008-2012 VFB Stuttgart
2012-2013 Sporting Club de Portugal
2013-2014 Brøndby IF
2014 – juli ’15 Feyenoord