Middenvelder Bekkach keert terug bij HBC
HBC heeft zijn selectie voor komend seizoen versterkt met Mo Bekkach. De middenvelder komt over van zondag eersteklasser AGB uit Amsterdam. Bekkach (24 jaar) keert zo terug bij de club waar hij in de jeugd met voetballen begon.
Bekkach speelde in de jeugdopleidingen van Almere City en FC Twente, waar hij de O19-1 haalde. Als jong senior sloot hij aan bij de selectie van SV Hillegom waar hij snel een basisplaats veroverde. Na twee seizoenen klopte AGB bij hem aan de deur en hij besloot om deze overstap te maken.
De afgelopen seizoenen heeft Bekkach de opmars van HBC in het amateurvoetbal nauwlettend gevolgd en is hij dusdanig onder de indruk geraakt dat hij een terugkeer richting HBC als zijn grootste wens ziet. Dit gevoel werd alleen maar versterkt na contact met hoofdtrainer Jasper Ketting. ‘Al snel werd duidelijk dat wij dezelfde passie voor het spelletje deelden. Vooral zijn visie en de wijze van trainen en spelen spreken mij zeer aan’, aldus Bekkach.
‘Mo is ondanks zijn pas 24 jaar een ervaren middenvelder, die graag het initiatief neemt en van dominant spel houdt. Hij kan op meerdere posities op het middenveld uit de voeten en maakt ook zijn doelpunten. Zijn spel past goed in het plaatje wat ik voor het komende seizoen voor ogen heb. Ik ben daarom erg content dat een speler van zijn kaliber voor HBC kiest’, aldus Ketting.
Argumenten
‘Ik heb een weloverwogen beslissing gemaakt en ben er van overtuigd te kunnen bijdragen de sportieve ambities van HBC te realiseren. HBC heeft een kwalitatief brede selectie, alle posities zijn dubbel bezet en de mix van jonge talentvolle spelers en ook zeer ervaren spelers die op een hoog niveau gespeeld hebben. Een positieve speelwijze en vooral een klik met Jasper Ketting hebben mij overtuigd. Er is, mijn inziens, een goede stabiele concurrentie. iedere speler moet het beste uit zich zelf halen De professionele technische staf en spelersgroep hebben allemaal een 100% mentaliteit en willen als team er echt voor gaan. Dat voelt erg goed en spreekt mij erg aan’, besluit Bekkach.
