Clubman Deen durft Haarlem- Kennemerland 1 aan
Binnen Haarlem-Kennemerland heeft Rajinder Deen geen nadere introductie nodig. Vanaf de start in 2010 is hij nauw betrokken bij de fusieclub. En wat is er nu mooier dan als jongen van de club de kans te krijgen om het vlaggenschip te mogen leiden? Niets, zou je zeggen. Met ingang van het seizoen 2021-2022 is het zover voor de 39-jarige Deen.
Een groot voordeel is dat hij alle spelers al kent en zo precies weet wat hij in de kuip heeft. ‘De laatste jaren hebben we hard gewerkt om de jeugdopleiding te verbeteren en met resultaat. Vrijwel alle hoogste teams spelen in de hoofdklasse en de rek is er zeker nog niet uit. Daar moeten we op termijn met 1 de vruchten van gaan plukken.’
De ambitie om hoofdtrainer te worden, was er al langer. Twee jaar geleden stelde Deen zich kandidaat om destijds René van Marsbergen op te volgen. Het bestuur vond het op dat moment nog te vroeg om de clubman voor de leeuwen te gooien. Met wat extra bagage in de rugzak als trainer van Jong Haarlem-Kennemerland, assistent en de zeer talentvolle O15-1 is de tijd nu wel rijp.
Deen is ambitieus, maar schreeuwt niet te hoog van de daken. Het woord promoveren viel de laatste jaren bij de club volgens hem veel te vaak. ‘Dat hoort ook wel een beetje als je steeds gerenommeerde trainers, die ook op een hoger niveau actief zijn geweest, binnenhaalt, Zelf denk ik eerlijk gezegd dat we in deze periode geen selectie hebben gehad waarmee promotie reëel was. Wel vind ik dat dat het verschil tussen de derde- en vierde klasse niet zo heel groot is. Het is alleen lastig om uit de vierde klasse te komen. René (Van Marsbergen, red.) heeft drie keer de nacompetitie gehaald en heeft zo in mijn ogen heel goed gepresteerd. Zijn opvolger Ron van Dijk heeft de pech gehad dat hij met corona te maken kreeg en zodoende niet echt de kans heeft gehad om echt iets met de club neer te zetten.’ Deen is iemand met het hart op de tong. Zijn kwaliteit is volgens eigen zeggen om van allemaal individuen een groep te maken die er gezamenlijk voor wil gaan.’ Deen gaat uit van vastigheden en gelooft in de kracht van herhaling zodat dingen in het brein geautomatiseerd worden. ‘Het is ook voor geen enkele speler goed om telkens weer op een andere plek te spelen. Dat schuiven is hier in het verleden wel veel gebeurd. Ik pas de speelwijze ook niet aan een tegenstander. 4-2-3-1 met twee controleurs en één met de punt naar voren. Ik noem dat het Bert van Marrewijk-systeem, dat is wat ik voor ogen heb.’
Dit artikel is een preview. Het volledige artikel is terug te vinden in de recent verschenen maarteditie van 433 Magazine.